Brancheorganisatie Akkerbouw logo

Kennisakker.nl

Publicatie datum: 07-04-2011

Vloeibare meststofsystemen in consumptieaardappelen

In 2009 en 2010 hebben DLV Plant en het NMI op 6 proeflocaties bemestingsonderzoek uitgevoerd naar het toepassen van vloeibare fosfaatmeststoffen in de rij bij het poten van consumptieaardappelen. Van meerdere vloeibare meststofsystemen is het uiteindelijke effect op opbrengst en maatsortering vastgesteld. Als referentie voor de prestatie van deze systemen is een object met een breedwerpige fosfaatgift met TSP in de proeven opgenomen.
De fosfaatgift toegediend met de vloeibare meststofsystemen bedroeg 50% van de breedwerpige fosfaatgift met TSP. Als belangrijkste conclusie kon worden vastgesteld dat met behoud van opbrengst het door het toepassen van vloeibare fosfaatmeststoffen in de rij bij het poten een besparing van 50% op de breedwerpige fosfaatgift kon worden gerealiseerd.

Inleiding

De afgelopen jaren is de interesse in vloeibare fosfaatmeststoffen op de markt gekomen. Deze meststoffen worden volop aangeprezen, met name voor wat betreft een betere efficiëntie van het fosfaat uit deze meststoffen. In de aardappelteelt kunnen deze vloeibare meststoffen bij het poten in de rij worden toegediend.
Door de hogere efficiëntie zou kunnen worden bespaard op de kunstmestgift fosfaat. Dit argument wordt genoemd omdat de totale fosfaatgift per hectare steeds meer wordt beperkt door de aanscherping van de fosfaatgebruiksnorm. In 2015 is het streven om te komen tot evenwichtsbemesting. Ook ontstaat door de besparing op mineraal fosfaat meer ruimte voor toepassing van drijfmest en/of compost.

Het Productschap Akkerbouw heeft daarom het initiatief genomen om in 2009 en 2010 enkele nieuwe, vloeibare fosfaatmeststoffen te testen bij consumptieaardappelen. Het consortium van DLV Plant en Nutriënten Management Instituut (NMI) heeft in opdracht van het Productschap akkerbouw in 2009 en 2010 bemestingsonderzoek uitgevoerd op 6 proefvelden naar de waarde van rijenbemesting met vloeibare fosfaatmeststoffen in de aardappelteelt.

Het project heeft als doel om de gebruikswaarde van enkele (nieuwe) vloeibare fosfaatmeststoffen toegediend in de rij vast te stellen in de teelt van consumptieaardappelen.

Afbeeelding 1. Combinatie vloeibare rijenbemesting, poten en frezen in één werkgang.

Afbeelding 2. Overzicht proefveld Vredepeel 2010 (gele veldjes zijn onbemest; geen N).

Het onderzoek

In 2009 en 2010 zijn zes veldproeven uitgevoerd bij Pw-getallen variërend van 18 tot 35.
De bemestingsproeven in 2009 zijn uitgevoerd in het zuidwestelijk kleigebied, de flevopolder en het zuidoostelijk zandgebied. In 2010 was dit in het zuidwestelijk kleigebied, de Wieringermeer, een het zuidwestelijk zandgebied.

Het effect van meerdere vloeibare fosfaatmeststoffen in de rij toegediend is vastgesteld ten opzichte van een referentie-object met breedwerpig toegediende KAS en TSP. De P2O5-gift van het referentie-object varieerde van 80 tot 120 kg P2O5/ha afhankelijk van de hoogte van het Pw-getal van het proefveld.

Als vloeibare meststofsystemen is in de proef APP 11-37, APP 11-37+Avail, een vloeibare NP-meststof en Powerline opgenomen. Deze meststoffen zijn in de rij bij het poten toegediend. De hoogte van de fosfaatgift met deze objecten is 50% ten opzichte van de referentie met KAS en TSP. Bij de APP objecten is de N-bemesting in de vorm van KAS breedwerpig toegediend. Bij de objecten “Vloeibare NP” en “Powerline” werd de N-gift toegediend met het te volgen vloeibare meststofsysteem.
NP 11-11 is een sterk verzurende korrelvormige NP-meststof. De fosfaatgift breedwerpig toegediend met deze meststof bedroeg 75% van de referentie.

Bij de oogst van ieder proefveld is voor ieder object de opbrengst en maatsortering vastgesteld.

Afbeelding 3. Kouter rijenbemster vloeibare meststoffen.

Afbeelding 4. Rijenbemester vloeibare meststoffen, Rusthoeve 2009.

Resultaten 2009 en 2010

De relatieve knolopbrengst in de afleverbare maat voor consumptieaardappelen is weergegeven in tabel 1.

Tabel 1. Relatieve knolopbrengsten in de maat >40 mm, waarbij per proefveld de opbrengst van het object zonder P-bemesting (alleen KAS) op 100 is gesteld.
Object20092010gewogen gemiddelde 2)
1)RZVROV20092010totaal
Alleen KAS100100100100100100100100100
100% TSP102105102105104101103103103
APP 11-37107101100110103100102103103
APP 11-37+Avail991009510510610198104101
NP 11-11 zuur10410510294105106103103103
Vloeibare NP103103103104111103103106105
Powerline98103959810594989998

1) R = Rusthoeve; Z = Zeewolde; V = Vredepeel; O = Oostwaardhoeve
2) gewogen gemiddelde: werkelijke opbrengsten per proefveld opgeteld en vervolgens totaal van object zonder P-bemesting op 100 gesteld. Voor 2009 en 2010 gaat het steeds om drie proeven, voor het totaal om 6 proeven.

  1. Fosfaatbemesting resulteerde zowel in 2009 als in 2010 op iedere proeflocatie in een, niet significante, meeropbrengst van enkele tonnen. Het object met breedwerpige P-bemesting in de vorm van TSP had gemiddeld een 3% hogere opbrengst dan het object zonder P-bemesting.
  2. Gebruik van de vloeibare meststof APP 11-39 en de korrelmeststof NP 11-11 (zuur) via rijenbemesting gaven eveneens een verhoging van de opbrengst van gemiddeld 3% (gelijk aan breedwerpig toegediende TSP), waarbij via de vloeibare meststof 50% van de gift via TSP werd toegediend en via de korrelmeststof 75%. Toevoeging van Avail aan APP leidde op deze proeven niet tot een verbetering van het resultaat met alleen APP.
  3. Gemiddeld werden de hoogste opbrengsten behaald op het object met vloeibare NP als rijenbemesting: gemiddeld 5% meer dan op het object zonder P-bemesting. De P-gift bedroeg hierbij 50% van de P-gift met TSP.
  4. De opbrengsten met gebruik van Powerline varieerden van proefveld tot proefveld. Gemiddeld trad geen verbetering van het resultaat op.

De fosfaatgiften in de getoetste vloeibare meststofsystemen waren 50% van de adviesgift. Zonder verlies van opbrengst kan door het toepassen van vloeibare rijenbemesting met fosfaat 50% van de fosfaatgift worden bespaard. De besparing, die kan worden gerealiseerd door het toepassen van vloeibaar fosfaat in de rij, geeft de akkerbouwer meer ruimte voor het gebruik van drijfmest en/of compost.