Publicatie datum: 25-11-2008
Oogstmethode en drogen van graszaad
In Denemarken worden diverse soorten graszaad vaak van stam gedorsen, terwijl in Nederland meestal eerst in het zwad gemaaid wordt. Het oogstrisico is bij zwadmaaien hoger en er moet een extra werkgang gemaakt worden. Daar staat tegenover dat bij van stam dorsen meestal langzamer gereden zal moeten worden en dat de droogkosten hoger zijn vanwege het hogere vochtgehalte. Daarom is ook het direct starten met drogen belangrijker. Door op het eigen bedrijf te drogen in plaats van bij de graszaadfirma kunnen de droogkosten weer beperkt worden en wordt de afvoer logistiek eenvoudiger.
In dit onderzoek is gekeken naar de effecten van de twee oogstmethoden op de opbrengst en hoe hoog de totale oogstkosten ongeveer uitkomen. Daarnaast is een aantal droogaspecten bekeken. Er is onderzocht welke alternatieve, mobielere mogelijkheden er zijn om graszaad overkapt te kunnen drogen.
Inleiding
Het saldo van graszaad kan bij hoge graanprijzen, zoals in 2007, niet concurreren met het saldo van graan. Het is dan moeilijk voor de graszaadfirma’s om voldoende areaal te contracteren, zodat de teelt van graszaad in Nederland onder druk komt te staan.
Naast verhoging van de minimumprijs kan de teelt van graszaad ook aantrekkelijker gemaakt worden door het oogstrisico te verminderen en de teeltkosten te verlagen. In Denemarken wordt al op grote schaal gewerkt met van stam dorsen. Het oogstrisico wordt hiermee verminderd, omdat het gewas niet in het zwad gelegd hoeft te worden. Ook wordt hiermee een werkgang maaien bespaard. Anderzijds moet het graszaad vochtig gedorsen worden en aansluitend direct gedroogd. Het belang van drogen neemt dus toe. De stookkosten en hoeveelheid arbeid bij drogen stijgen.
Het drogen van graszaad gebeurt nu gedeeltelijk door de telers zelf en gedeeltelijk wordt het geoogste product direct afgevoerd door de contracterende graszaadfirma, die dan het drogen verzorgt. Vooral dit laatste vraagt logistiek veel omdat het zaad na de oogst snel afgevoerd moet worden, terwijl bij de drogerij zeer veel tegelijk binnenkomt. Vanwege de logistiek is het dus een groot voordeel als er meer graszaad bij de telers gedroogd wordt. Veel bedrijven hebben hiervoor niet de apparatuur en/of ruimte. Een mobiel droogsysteem dat weinig ruimte vraagt en makkelijk opgezet en verplaatst kan worden, kan uitkomst bieden.
In het kader van dit project werd onderzocht wat het effect is van verandering van oogstmethode en van toepassing van een mobieler droogsysteem op de rendabiliteit van de teelt. Hiertoe is het effect op de volgende aspecten onderzocht: zaadopbrengst; vochtgehalte van het gedorste zaad; arbeidsbesparing stamdorsen t.o.v. maaien – zwaddorsen; droogkosten: arbeid en stookkosten.
Het onderzoek
Module 1 - Oogstmethode
Deze module was gericht op vergelijking van de oogstmethoden zwadmaaien – zwaddorsen met stamdorsen. Omdat de weersomstandigheden in de oogstperiode sterke invloed hebben op het resultaat, is het onderzoek aangelegd in een vroeg en in een laat ras van Engels raaigras.
Module 2 - Drogen
Voor module 2 werd onderzocht welke alternatieve, mobielere mogelijkheden er zijn. Een oplossing moet zo veel mogelijk aansluiten bij bestaande technieken. Het ontwikkelen van een nieuwe techniek voor 700 graszaadbedrijven zal te kostbaar zijn.
In overleg met de werkgroep is het doel aangescherpt. Het onderzoek richt zich op het overkappen van te drogen graszaad. Onderzoek naar het drogen van graszaad in kisten, zakken enz. is namelijk al voldoende gedaan.
Resultaten 2008
Oogstmethode
Het tijdstip van maaien en combinen werd naast de afrijping sterk bepaald door de neerslag in deze periode. Bij beide rassen werd het zwaddorsen en stamdorsen op dezelfde dag uitgevoerd. Bij Stravinsky werd het zwaddorsen 9 dagen na het zwadmaaien uitgevoerd, 3 dagen na een regenperiode. Bij Elgon werd het zwaddorsen 1 dag na het zwadmaaien uitgevoerd. Het vochtgehalte was bij het zwaddorsen zeer laag, gemiddeld 9%. Het vochtgehalte bij stamdorsen was met 19% op zich relatief laag.
Gemiddeld over de rassen was de zaadopbrengst tussen de twee methoden niet betrouwbaar verschillend. Blijkbaar had de methode geen invloed op het opbrengstniveau. De lange periode in het zwad heeft bij Stravinsky niet meer zaadverlies gegeven dan bij het object stamdorsen.
De kiemkracht was bij beide rassen en oogstmethoden goed. Het percentage afval verschilde niet tussen de methoden.
Het van stam dorsen gaf vooral een besparing op arbeid, maar de machine-uren namen iets toe omdat de combine langzamer moest rijden. Daarnaast waren de kosten voor het drogen bij stamdorsen hoger. De totale kosten kwamen bij zwadmaaien - zwaddorsen iets lager uit dan bij stamdorsen. Het hogere oogstrisico van zwadmaaien is hierin niet verdisconteerd.
Stamdorsen | Zwaddorsen |
Drogen
Bij het zoeken naar een alternatieve droogmethode was het uitgangspunt dat het een goedkope manier moet zijn, die aansluit bij de praktijk. Allereerst zijn de uitgangspunten in een bureaustudie vastgesteld. Er is besloten om uit te gaan van de opslag in kisten en te ventileren met een blaassysteem. Als overkapping is een speciaal gemaakte tent ontworpen.
Deze ‘kistentent’ is vervolgens op een open dag aan het publiek getoond. Daarna is hij in de praktijk getest. Naast deze kistentent zijn nog twee alternatieve systemen in de praktijk getest. Deze andere systemen bleken echter niet te werken. Uit de demonstratie en de test van de kistentent bleek de methode perspectief te bieden. Het is eenvoudig en goedkoop. Wel zal het systeem verder moeten worden opgeschaald. Ook moet er aandacht komen voor het omscheppen van het graszaad tijdens het drogen. Dit is mogelijk op te lossen door een andere droogmethode. Tevens bleek dat er belangstelling was voor een goede kistventilator. Deze drie zaken vragen vervolgonderzoek.
Kistentent | Joppezakken |