Brancheorganisatie Akkerbouw logo

Kennisakker.nl

Publicatie datum: 26-08-2008

Zaaiuien rooien

Als u voor klasse 1 wilt afzetten is de kleur van de ui van groot belang. Oogst deze (egale) partijen bij 50-60% loofafsterving. Dan heeft het gewas nog voldoende groene massa om huidverkleuring van de uien te beperken.

Als u voor klasse 1 wilt afzetten, is de kleur van de ui van groot belang. Oogst deze (egale) partijen bij 50-60% loofafsterving. Dan heeft het gewas nog voldoende groene massa om huidverkleuring van de uien te beperken. Wanneer u niet voor klasse 1 teelt, heeft een goed afgerijpt gewas de voorkeur. Niet rijpe uien (lichtgroen-gele kleur) zijn gevoeliger voor rooibeschadiging. Rooitijdstip is uiteraard ook afhankelijk van de te verwachten droog-mogelijkheden in het zwad. Aandachtspunten bij het rooien zijn:

  • Klap de ui 2 vingers boven de bladsplitsing. Indien de klapper een zijafvoer heeft, zorg dan dat het loof netjes tussen de zwaden komt te liggen. Zeker op percelen met veel onkruid kan dit anders leiden tot verstoppingen tijdens het laden;
  • Let op eventuele steunwielen van zowel de rooier als de klapper. Deze worden nogal eens verzet vanwege de verschillende zaaisystemen. Zorg dat deze netjes tussen de rijen lopen. Is de ui na het rooien aan de zijkant beschadigd, dan is dit vaak te wijten aan het verkeerd afstellen van de steunwielen;
  • Stel de klapper hoger af in en naast de spuitsporen! Te diep geklapte uien geven veel bewaarverliezen;
  • Controleer en beoordeel altijd een aantal keer het resultaat in het zwad. Vindt u bijv. uien waarbij de wortels er echt uitgetrokken zijn, dan is de rooidiepte niet correct;
  • Een aantal percelen vertoont ook dit jaar een ongelijkmatige afsterving door tweewassigheid. De later opgekomen uien staan vaak nog groen en niet gestreken, terwijl de al wel gestreken uien steeds verder verweren. Ons advies is dergelijke percelen iets hoger te klappen dan bovenstaand. Dit heeft de voorkeur boven de nog staande uien mechanisch om te duwen met een balk, kleed of slang;
  • Overweeg bovendien om slechte (water)plekken in het perceel niet te oogsten of apart op te slaan, omdat deze uien voor problemen in de bewaring kunnen zorgen.