Publicatie datum: 20-03-2011
Wat zijn de mogelijkheden om stuiven te voorkomen in het voorjaar?
In dit artikel wordt ingegaan op de mogelijkheden om stuiven in het voorjaar te voorkomen.
Vergroten van de ruwheid van het grondoppervlak en verspuiten van bindende producten over de grond zijn de belangrijkste oplossingsrichtingen.
Inleiding
De lichte gronden in Nederland (vooral Noordoost-Nederland en Texel) zijn wegens de samenstelling van de bodem van nature erg gevoelig voor stuiven. In 2010 (red.: én 2013) is dat nog weer eens duidelijk naar voren gekomen. Bij fijnzadige gewassen als bieten, cichorei, (was)peen en ook uien is op grote schaal schade ontstaan aan het jonge gewas. Hiervoor zijn verschillende oorzaken aan te wijzen.
Naast de wettelijke beperking dat rundveedrijfmest ook in deze gebieden niet meer is toegestaan, zijn de oorzaken van verstuiving ook gelegen in het onvoldoende werken van de toegepaste methoden onder de (extreme) omstandigheden van 2010. De koude meimaand resulteerde in een trage beginontwikkeling van de gezaaide gewassen, zodat het lang duurde voordat het gewas zelf voldoende weerstand kon bieden. Daarnaast was het erg droog en de wind kwam in het veenkoloniale gebied volledig uit de verkeerde hoek, d.w.z. in de lengterichting van de percelen. Overzaai van verschillende gewassen was dan ook nodig.
De praktijk ervaart het niet meer mogen toepassen van een goed werkende oplossing in de vorm van rundveedrijfmest als een groot probleem. Dit was de reden voor het Productschap Akkerbouw (PA) om PPO een artikel te laten schrijven over mogelijke alternatieven. PPO-AGV heeft namelijk in het verleden al veel onderzoek gedaan naar alternatieven voor rundveedrijfmest. Verschillende producten (o.a. cellulose en magnesiumlignosulfonaat) zijn in een windtunnel getest op de landbouwkundige deugdelijkheid en (duur)werking.
Hoe kan stuiven worden voorkomen?
Verstuiving van landbouwgronden kan op verschillende manieren worden voorkomen. Iedere maatregel berust op een bepaald principe:
- Verlagen van de windsnelheid. Op gebiedsschaal valt hierbij te denken aan windsingels, verkleining van percelen en strokenteelt. Deze mogelijkheden zijn voor de praktijk echter weinig praktisch;
- Verlagen van de windsnelheid ter hoogte van het maaiveld. Hierbij valt te denken aan het zaaien van een antistuifgewas en het uit de grond laten steken van gewasresten, of zelfs actief stro in te werken zoals in de bollenteelt. Het inzaaien van een antistuifgewas wordt in de praktijk ook op redelijke schaal toegepast;
- Verlagen van de windsnelheid door vergroten van de ruwheid van het oppervlak. De wijze van hoofdgrondbewerking, in combinatie met poot- en zaaibedbereiding, heeft grote invloed de grofheid van het zaai- en pootbed en dus ook op de mate van stuifgevoeligheid. Als er niet-kerend geploegd wordt, blijven de gewasresten meer bovenin. In de praktijk wordt hierop ingespeeld door een juiste combinatie van machine, rijsnelheid en de afstelling van de aandrukrol(len);
- Zorgen dat bodemdeeltjes zich niet verplaatsen. Door het toepassen van producten die over de grond worden gespoten, ontstaat er een zekere binding in/op de toplaag. In het verleden werd hiervoor op grote schaal rundveedrijfmest gebruikt. De nu overgebleven praktische mogelijkheden zijn cellulose (merknaam Stesam) en magnesiumlignosulfonaat (merknaam Nodust Agri).
Toepassing in het voorjaar
Daar waar in de afgelopen herfst een groenbemester/bodembedekker is gezaaid, is een bewerking met een vaste tand- of vleugelschaarcultivator meestal voldoende om een goed zaai- of pootbed te maken. De bovenop liggende gewasresten kunnen het risico van stuiven beperken. Daar waar in de herfst niets meer aan de grond is gebeurd, zal meer moeten gebeuren in de vorm van ploegen of spitten om de bodem weer in goede conditie te krijgen. Aanvullend zal in deze situatie ook iets moeten gebeuren om stuiven te voorkomen. Voor de fijnzadige gewassen zal ploegen of spitten in praktisch alle gevallen noodzakelijk zijn.
Om stuiven te voorkomen, kan gelijk met de hoofdgrondbewerking gerst worden ingezaaid. Een zaaizaadhoeveelheid van ± 70 kg/ha is hierbij meestal voldoende. Meer zaaizaad heeft voordelen, omdat er dan meer plantjes boven komen en meer plantjes geeft een betere bescherming. Een nadeel is echter dat, om concurrentie met het gewas te voorkomen, het ook eerder moet worden doodgespoten. Omdat het zaaibed bij gewassen als peen zeer fijn is en soms ook nog wordt aangerold tijdens het zaaien, zoals bij parijse peen, moet gelijk na het zaaien een product worden toegepast dat over de grond wordt gespoten en het oppervlak gelijk goed vastlegt. Mogelijkheden hiervoor zijn Stesam en Nodust Agri. In onderstaande tabel zijn een aantal mogelijkheden en de globale kosten per hectare op de rij gezet. Naarmate de bodem stuifgevoeliger is, zal de dosering hoger moeten zijn.
Product | Dosering product | Globale kosten/ha (€) | Effectiviteit |
Stesam (Cellulose) | 12 – 15 m3/ha | 200 - 250 | 3 – 6 weken |
Nodust Agri (magnesiumlignosulfonaat) | 800 - 2000 l/ha | 300 - 750 | 3 – 6 weken |
Inzaai gerst/doodspuiten | 70 kg/ha | 100 | Afhankelijk groeisnelheid/moment doodspuiten |
Cellulose wordt als kant-en-klaar product met ± 8% droge stof op de markt gebracht onder de merknaam Stesam. In de praktijk wordt veelal 10–15 m 3 per ha gebruikt. Het kan worden verspoten met een spuitboom met beperkte werkbreedte, maar ook met een zijwaarts spuitkanon, waarbij een werkbreedte tot zo’n 30 meter mogelijk is, zoals op de afbeelding is te zien.
Magnesiumlignosulfonaat wordt als stroperige vloeistof op de markt gebracht onder de merknaam Nodust Agri. Het kan worden verspoten met de veldspuit. Hierbij moeten alle filters worden verwijderd, er moet veel water worden gebruikt en er moeten zo groot mogelijke spuitdoppen worden gebruikt. Bij het vullen eerst voldoende water in de tank en daarna de gewenste hoeveelheid Nodust Agri toevoegen en goed blijven roeren. Afhankelijk van de dosering en de ruwheid van het zaaibed is de werkingsduur 3 tot 6 weken. Naarmate het zaaibed fijner is en er met meer water wordt gespoten, verbetert het resultaat.