Publicatie datum: 11-06-2008
Trichodorus aaltjes te herkennen in aardappelen
Trichodorus aaltjes zijn nu goed te zien in aardappelen. Het verschil tussen Trichodorus schade en Rhizoctonia wordt uitgelegd
Op de Zuidoostelijke zandgronden gaat het meestal om Trichodoris similis. Dit vrijlevende aaltje beweegt zich door het bodemvocht en kan zich relatief snel verplaatsen als de grond voldoende nat is, met name in het vroege voorjaar of na veel neerslag. Schade is momenteel vooral te zien in laat gezaaide of geplante percelen. Zodra de grond weer wat droger wordt, trekt het aaltje zich weer dieper in de grond terug. Het richt geen nieuwe schade meer aan. Schade is het eerst te vinden op lichte zandkoppen met weinig humus. Op zandgronden met een zeer diepe grondwaterstand, > 2,5 m, komt het verschijnsel weinig voor.
In aardappelen geeft het vooral opkomstproblemen; aardappelen die al 25 cm groot zijn naast planten die net boven komen. Bij opgraven van deze planten zie je verdikte spruiten, als een asperge met ondergronds ook “vleugeltjes”, de aanleg van nieuwe bladeren. Op de stengels zitten lange bruine vlekken, soms alsof er aan gevreten is. Er zijn geen schimmeldraden te zien. Zodra deze planten boven zijn herstellen ze zich en kunnen zich redelijk normaal ontwikkelen.