Tijdens de oogst komt aaltjesinformatie boven

Komt er tijdens het rooien product naar boven met kwaliteitsschade door aaltjes, markeer dan de plek op het perceel.  Houdt eventueel wat van het aangetaste product apart voor een latere beoordeling door uw adviseur. Het gaat bijvoorbeeld om knobbelvorming door Meloidogyne chitwoodi op aardappelen of peen.  Koprot in suikerbieten of rot in aardappelen door stengelaaltjes. Vertakkingen in peen of suikerbieten door Trichodoride aaltjes of Meloidogyne hapla. Afgestompte peen door Pratylenchus penetrans of groeischeuringen door Trichodoride aaltjes.

Bij twijfel over de oorzaak van de schade kan een latere aaltjesbemonstering duidelijkheid geven. Tijdens een algemene bemonstering is niet meer te herleiden waar op het perceel een besmetting zich bevind, of wordt een relatief kleine besmetting misgeprikt.  Wanneer er tijdens het rooien grofweg kan worden aangegeven waar de kwaliteitsschade voorkwam kan er in een volgend teeltjaar rekening mee gehouden worden. Vooral besmetting met stengelaaltjes zijn vaak relatief klein maar kunnen op termijn voor grote problemen zorgen. Leg ze daarom vast zodra ze zichtbaar worden.