Publicatie datum: 30-04-2004
Teelthandleiding groenbemesters - Mengsels van groenbemesters
In it hoofdstuk van de teelthandleiding groenbemesters wordt ingegaan op de mogelijkheden van mengsels van groenbemesters.
Groenbemesters worden niet alleen per soort maar ook als mengsel van diverse soorten verzaaid. Meestal gebeurt dit om de positieve eigenschappen van de verschillende componenten van het mengsel te combineren. Ook geeft het zaaien van een mengsel meer zekerheid; wanneer een van de gewassen zich onvoldoende ontwikkelt kan de andere soort(en) dit compenseren en is er meer kans op het slagen van het gewas. Er is een groot aantal mengsels van diverse soorten in verschillende uitzaaiverhoudingen mogelijk. Als gevolg van zaaitijd en groeiomstandigheden kunnen de verhoudingen in het gewas nog weer anders zijn dan de verhoudingen in het zaaizaad. Eigenschappen van een mengsel zijn daarom moeilijk aan te geven. Zelf mengen is mogelijk, maar er zijn ook diverse kant en klare mengsels verkrijgbaar. Zo zijn er mengsels in de handel voor groenbraak, natuurbraak (o.a. voor mogelijke opbouw van populaties van natuurlijke vijanden), N-bron (o.a. gras/klaver, bladrammenas/wikke), en als N-vanggewas (diverse mengsels van gras/klaver/rogge/triticale).
Behalve de positieve eigenschappen vertegenwoordigt een mengsel ook de minder gunstige eigenschappen van de verschillende componenten. Met name ten aanzien van de vermeerdering van aaltjes dient de waardplantstatus van de diverse soorten goed in de gaten te worden gehouden.