Brancheorganisatie Akkerbouw logo

Kennisakker.nl

Publicatie datum: 15-02-2005

Optimalisering van de magnesiumvoorziening van aardappelen

In de praktijk zijn er veel onduidelijkheden over het nut van een magnesiumbemesting van aardappelen. In opdracht van HPA is daarom in 2003 en 2004 onderzoek uitgevoerd om te zien of magnesium een positief effect heeft op de opbrengst en kwaliteit. Daarnaast is gekeken naar de rasgevoeligheid voor magnesium, welke magnesiummeststof het best werkt en of er grondsoorteffecten zijn.

Op basis van de resultaten van dit onderzoek blijft het oude advies actueel: spuiten zodra er onder in het gewas magnesiumgebrek is waargenomen. Niet spuiten kan dan opbrengstderving veroorzaken. Spuiten zonder dat er zichtbaar magnesiumgebrek is, geeft geen opbrengstverhoging.

Inleiding

In veel aardappelrassen komt magnesiumgebrek voor. Er wordt vaak een magnesiumbespuiting geadviseerd, zonder dat er sprake is van magnesiumgebrek. In de praktijk zijn er veel onduidelijkheden over het nut van magnesium.

In de praktijk is niet altijd bekend hoe magnesiumgebrek eruit ziet. Magnesiumgebrek begint altijd onder in het gewas. De oudste bladeren kleuren licht-geel, terwijl de nerven en bladranden groen blijven. Na verloop van tijd ontstaan er bruin-zwarte vlekjes tussen de nerven (zie afbeelding 1).

Afbeelding 1. Aardappelblad met magnesiumgebrek.

Onderzoek

Het onderzoek is uitgevoerd door middel van veldproeven op verschillende locaties en met verschillende rassen en meststoffen.
Om de grondsoorteffecten duidelijk naar voren te brengen is het onderzoek aangelegd op 3 grondsoorten, namelijk zand-, dal- en kleigrond. Op de zand- en dalgrond zijn de zetmeelrassen Mercury en Mercator opgenomen. Op de kleigrond zijn de proeven aangelegd in pootgoed van de consumptierassen Spunta en Asterix. Vanaf eind juli zijn waarnemingen aan magnesiumgebrek uitgevoerd. Aan het einde van het seizoen is de opbrengst bepaald.

Om de meststoffen met elkaar te kunnen vergelijken zijn de volgende objecten aangelegd:

  • onbehandeld;
  • kieseriet als bodemmeststof
  • kieseriet als bodemmeststof + magnesiumnitraat bij gebrek
  • magnesamon als bodemmeststof
  • magnesamon als bodemmeststof + magnesiumnitraat bij gebrek
  • Toptrace magnesiumnitraat: 6 keer als bladbemesting
  • bitterzout: 6 keer als bladbemesting
  • Hydromag: 6 keer als bladbemesting

Resultaten

Magnesiumgebrek is op de zand- en dalgrond in beide jaren niet waargenomen (figuren 1, 2 en 3). Op de kleigrond van Kollumerwaard is er in beide jaren wel magnesiumgebrek gevonden. Dit kwam in alle objecten voor. Echter, verschillen tussen de objecten waren niet betrouwbaar.
Voor alle proeven (met en zonder magnesiumgebrek) was het nu interessant om de effecten van de magnesiummeststoffen te vergelijken met het object zonder magnesium (in de figuren meest rechtse staaf per ras). Heeft magnesium een positief effect op de opbrengst zonder dat er sprake is van magnesiumgebrek? De resultaten zijn weergegeven per onderzoekslocatie.

Figuur 1. Uitbetalingsgewichten Mercator en Mercury op Kooijenburg.

Figuur 2. Uitbetalingsgewichten Mercator en Mercury op 't Kompas

Figuur 3. Pootgoedopbrengst in de maat 28/55 mm van Spunta en Asterix op Kollumerwaard.

Conclusies

  • Op Kooijenburg, Kompas en Kollumerwaard bleken de verschillende magnesiumbemestingsstrategieën geen betrouwbaar effect te hebben op de opbrengst en kwaliteit van zowel zetmeel- als pootaardappelen.
  • De resultaten sluiten niet aan bij de adviezen die agrariërs krijgen van diverse adviseurs om vrijwel standaard met magnesium te spuiten, ook als er nog geen magnesiumgebrek is geconstateerd.
  • Verschillen tussen de meststoffen (bodem en blad) waren minimaal.

Op basis van deze resultaten blijft het oude advies actueel: spuiten zodra er onder in het gewas magnesiumgebrek is waargenomen. Niet spuiten kan dan opbrengstderving veroorzaken.