Publicatie datum: 15-07-2005
Grond afdekken met luchtdicht plastic bestrijdt bodempathogenen
Recent onderzoek, gedaan in de teelt van asperges en aardbei, toont aan dat het onderwerken van groenbemesters en daarna de grond afdekken (beter bekend als biologische grondontsmetting) mogelijkheden biedt om een breed scala van ziekten in gewassen te beheersen. Toepassing van deze techniek in een akkerbouwmatig bouwplan zou veel gewasproblemen als gevolg van bodemziekten kunnen tegengaan.
Onderzoek
Een groot aantal bodemgebonden ziekten en plagen, veroorzaakt door polyfage schimmels en nematoden, brengt aan veel gewassen grote schade toe. De toelating van chemische middelen, die bovendien vaak alleen werken tegen nematoden, staat onder toenemende druk. Een veelbelovend alternatief is de biologische grondontsmetting (BGO). Onderzoek heef aangetoond dat door BGO in de teelt van aardbei en asperges schade als gevolg van Verticillium en Fusarium beduidend afneemt. BGO heeft naast een schimmel- en nematodendodende werking ook effect op het onkruidbestand. Mogelijk kan BGO, toegepast in het bouwplan van een akkerbouw/groentebedrijf, een structurele oplossing voor bodemproblemen bieden. Onderzoek zal meer duidelijkheid over het breedwerkende en langjarige effect van BGO moeten geven.
Techniek
BGO is een zeer specifieke vorm van grondontsmetten. Hierbij wordt door fermentatie of vergisting van een ondergewerkte groenbemester onder folie een groot deel van de bodempathogenen gedood. Alleen de bodempathogenen die ook in water gemakkelijk overleven, lijken soms over te blijven. In een periode wanneer de temperaturen hoog genoeg zijn voor een actief bodemleven wordt een groenbemester ingezaaid. Bij een snede van 40 ton/ha vers gewas wordt deze in de zomer ondergewerkt en wordt de grond aangedrukt. Vervolgens wordt de grond beregend en afgedekt met een luchtdicht afdekmateriaal. De ondergewerkte bladmassa gaat verteren en gebruikt daarvoor zuurstof. Door het water én de afdekking met plastic is zuurstof beperkt voorradig. Hierdoor ontstaat een anaërobe (zuurstofloze) situatie. Tevens ontstaan bij de vergisting van de bladmassa stoffen die ook een dodende werking laten zien. Verschillende bodempathogenen gaan dood als deze voor een bepaalde periode aan deze anaërobe omstandigheden onderhevig zijn. 6-8 Weken na aanleg kan het plastic verwijderd worden. De gehele techniek van zaai tot plastic-verwijdering zal zo'n kleine 3 maanden duren. Groenbemester kan ook van elders aangevoerd worden, waardoor de benodige tijd een maand verkort wordt.
Een overzicht
Onderzoek van PPO in samenwerking met Wageningen Universiteit van de afgelopen jaren heeft het effect van BGO op een aantal bodempathogenen in proeven bewezen. Onderstaande tabel geeft een overzicht.
(Bodem)schimmel | Doding | Nematode | Doding | Onkruid | Doding |
Rhizoctonia solani AG3 | +++ | Meloidogyne fallax | +++ | muur | >++ |
R. solani AG2-2IIIB | ++ | Meloidogyne hapla | +++? | kiek | ++ |
R. tulipatum | +++ | Meloidogyne chitwoodi | +++ | heermoes | + |
Synchytrium endobioticum (wratziekte) | - | Pratylenchus penetrans | +++ | aardappelopslag | +++? |
Pythium | - | Pratylenchus fallax | +++ | ||
Fusarium oxysporum | ++ | Globodera rostochiensis | +++ | ||
Verticillium dahliae | +++ | Globodera pallida | +++ | ||
Sclerotinia sclerotiorum | +++ | Paratrichodorus | + | ||
Ditylenchus | ++? |
Er hoeft niet altijd 100% doding van het organisme te zijn. In veel gevallen is het terugdringen van de populatie tot een niet-schadelijk niveau voldoende.
Toekomstperspectief
De techniek is uitgevoerd op meerdere grondsoorten (zandgronden, kleigronden en leemhoudende zandgronden). Zowel op zandgronden als op kleigronden zijn geen structuurproblemen waargenomen.
Na BGO blijft de ziektewering in stand, waardoor niet zo snel opnieuw ontsmet hoeft te worden. De ontsmetting zou daarom één keer per rotatiecyclus of per twee cycli hoeven te worden uitgevoerd, indien problemen terugkomen. Vanuit kostenoogpunt kan de techniek nog niet concurreren met de chemische grondontsmetting. BGO heeft echter een breder werkingsspectrum dan chemische grondontsmetting, waardoor de baten hoger zijn. Kostenverlaging kan tot stand gebracht worden door de methodiek verder te ontwikkelen.
Wanneer in een bouwplan problemen met nematoden optreden, worden deze bestreden met bijvoorbeeld nematiciden. Problemen met schimmels kunnen bestreden worden met biologische grondontsmetting. Dan worden ook de nematoden bestreden en wordt een aantal wortelonkruiden meegenomen. Hierop kan dan in kosten bespaard worden.
Voor het mechanisch leggen van folie op een perceel met ondergewerkte groenbemester wordt nu nog gerekend met bedragen van circa € 2.000 tot € 2.200,- per ha (Mertens BV Horst).
Verder onderzoek zal meer duidelijkheid moeten brengen over:
- de langjarige effecten op een bouwplan, duurwerking;
- de kostenverlaging van de techniek; door bijv. mechanisering en materiaalverbetering (biologisch afbreekbare plastics);
- de verkorting van de techniek;
- het effect op de bemestingstoestand;
- het effect op andere organismen, bijvoorbeeld oösporen van Phytophthora, ritnaalden, slakken, regenwormen, schurft en bacterieziekten.