Brancheorganisatie Akkerbouw logo

Kennisakker.nl

Publicatie datum: 03-08-2011

Effectiviteit van koudverneveling en zuig- en blaasventilatie bij kistenbewaring van aardappelen

Bij de vergelijking van zuig- en blaasventilatie bij kistenbewaring van aardappelen, waarbij zilverschurftbestrijding met imazalil als criterium voor de kwaliteit van de ventilatie werd genomen, kon in dit onderzoek geen betrouwbaar verschil tussen zuigen en blazen worden aangetoond.
De toepassing van Diabolo SL met behulp van de Pieperdoes zorgde hier voor het beste effect, zijnde de minste zilverschurftontwikkeling op de aardappelknollen. De uitvoering verschilde echter sterk van blazen en zuigen. Op een niet te volle rollenband konden de knollen goed met imazalil worden bedekt.

De problematiek

Steeds meer poot- en tafelaardappelen worden in kisten bewaard. Een recente ontwikkeling hierbij is dat dat de lucht door de kisten wordt gezogen in plaats van geblazen.
Veel poot- en tafelaardappelen worden met imazalilachtige producten behandeld om vooral de ontwikkeling van zilverschurft tijdens de bewaring tegen te gaan. Dit gebeurde en gebeurt vooral door de imazalil iets te verdunnen met water en dit verdunde middel met behulp van een Mafex-schijfvernevelaar aan het zwenkende einde van de boxenvuller tijdens het inschuren over de knollen te spuiten.
Een andere recente ontwikkeling is de toepassing van fungiciden en kiemremmingsmiddelen met behulp van koudvernevelapparatuur. Met behulp van deze apparatuur worden de middelen fijn verdeeld in een partij reeds opgeslagen aardappelen. De middelen worden in de luchtstroom geblazen van de ventilator die het product droogt of koelt of opwarmt.

Vanuit deze ontwikkelingen kwam de volgende vraag van het Productschap voor Akkerbouw (PA): ga na in hoeverre blazen en zuigen met koudvernevelapparatuur tot een vergelijkbaar effectiviteit van imazalil leidt als dit product vernevelen over de vallende aardappelen tijdens het inschuren.
De hypothese voor dit onderzoek luidde dat de gezogen ventilatie met een verneveltechniek tot een betere verdeling van het fungicide in de kisten zou leiden dan geblazen ventilatie.

Proefopzet

In 2010 is in twee proeven de effectiviteit van Diabolo SL op zilverschurft onderzocht.
Het zuigen en blazen vond in twee verschillende bewaarcellen plaats, waarbij steeds een monster van 50 knollen in een tonskist is gelegd (zie afbeelding 1), per cel 16 kisten. De knollen voor het object Pieperdoes gingen over een rollenband. Na de behandelingen zijn de monsters in kunststof netzakjes in een vochtige cel bij 12°C weggelegd, zodat zilverschurft de kans kreeg zich te ontwikkelen. Vervolgens zijn de knollen op mate van bedekking met zilverschurft beoordeeld.
De eerste proef is uitgevoerd op 28 september en de knollen zijn op zilverschurft beoordeeld op 24 december en de tweede proef is uitgevoerd op 29 september en beoordeeld op 21 januari 2011.

Afbeelding 1. Het inbrengen van een monster van 50 knollen in een kist waardoor gezogen wordt

Afbeelding 2. In de cel links werd gezogen en in de cel rechts geblazen. Bij zuigen waren de voorzijde en bovenzijde zodanig dichtgemaakt dat de lucht alleen vanaf de beide buitenzijden kon toetreden.

Resultaten

De resultaten van de beide proeven staan in tabel 1.

Tabel 1. Bedekkingspercentage van het schiloppervlak met zilverschurft per proef
ObjectenProef 1Proef 2Gemiddeld
Zuigen7,115,811,5
Blazen5,88,06,9
Pieperdoes2,73,63,2
Gemiddeld5,29,17,2

De aantasting met zilverschurft is in de periode tussen proef 1 en proef 2, van 24 december naar 21 januari, toegenomen. Gemiddeld was de aantasting van proef 1 5,2% van het schiloppervlak en van proef 2 9,1%.
De aantasting was bij het object zuigen het hoogst en bij behandeling met de Pieperdoes het laagst. De aantasting verschilde gemiddeld over de beide proeven na zuigen of blazen niet significant. De aantasting was na zuigen en blazen wel significant hoger dan na behandeling met de Pieperdoes.

Bespreking resultaten

Zuigen leek in deze proef tot meer zilverschurft te leiden dan blazen. Dit wil niet zeggen dat zuigen of blazen altijd beter is. Dit hangt in sterke mate van de wijze van uitvoering af. Ook al ging er, zoals in dit geval, een gelijke hoeveelheid lucht langs de ventilatoren bij zuigen en blazen. Misschien was door een iets andere opstelling van de kisten, bij het object zuigen, de Diabolo-nevel beter door het midden van de kisten, waar de monsters lagen, gegaan en was het object zuigen er gunstiger uitgekomen. Lucht kiest altijd de weg met de minste weerstand; de wijze waarop het zuigen of blazen wordt uitgevoerd lijkt cruciaal.

De behandeling met de Pieperdoes gaf op beide data een beter resultaat dan de objecten zuigen en blazen. Dit komt waarschijnlijk doordat de behandeling met de Pieperdoes op de rollenband onder optimale omstandigheden is uitgevoerd. De aardappelstroom was één laag dik en alle knollen konden rollen, zodat ze optimaal geraakt werden. Uit eerder uitgevoerd onderzoek (PAV, J. Ridder, 1998) bij het inschuren bij pootgoedtelers bleek dat de bedekking in de praktijk vaak (veel) minder goed is.

Een probleem bij zilverschurft is de grilligheid in aantasting, vooral bij geringe aantasting. Ook dit maakt het moeilijk om (vooral bij relatief lage aantastingen) verschillen tussen partijen wiskundig betrouwbaar aan te tonen. Zo kan bijvoorbeeld binnen een behandelde partij bij de ene knol het schiloppervlak al voor meer dan 20% zijn aangetast terwijl de andere knol nog totaal niet is aangetast.