Publicatie datum: 17-08-2011
Effecten van Bengaalse hennep (Crotalaria juncea) op wortelknobbelaaltjes
Bengaalse hennep (Crotalaria juncea) is een vlinderbloemachtige, multi-inzetbare plant, die in de tropen en subtropen vaak gebruikt wordt om wortelknobbelaaltjes te bestrijden. Naast Bengaalse hennep zijn er ook andere soorten Crotalaria die in de genoemde regio’s o.a. als groenbemester geteeld worden.
Er zijn mogelijkheden om Crotalaria-soorten of vergelijkbare planten voor nematodenbestrijding in te zetten. Naar deze planten zal verder gezocht worden in het volgend jaar te starten PA-project 'waardplantgeschikheid nieuwe groenbemesters'.
Inleiding
Bengaalse hennep (Crotalaria juncea) is een vlinderbloemachtige “multipurpose” plant die in de tropen en subtropen vaak gebruikt wordt om wortelknobbelaaltjes te bestrijden. Naast Bengaalse hennep zijn er ook andere soorten Crotalaria die in de genoemde regio’s o.a. als groenbemesters geteeld worden.
Resultaten
Deze deskstudie laat zien dat er veel onderzoek is gedaan waaruit blijkt dat de juvenielen van wortelknobbelaaltjes en andere sedentaire aaltjes vaak het wortelstelsel van desbetreffende planten infecteren, maar zich vervolgens niet tot volwassenen kunnen doorontwikkelen. Dit leidde vaak tot een directe afname van aaltjes die sterker was dan de afname bij een zwarte braak.
Daarnaast werd gevonden dat dit soort onderzoek tot nu toe alleen met tropische soorten van wortelknobbelaaltjes is uitgevoerd, zoals Meloidogyne incognita, M. arenaria of M. javanica, en dat er geen systematisch onderzoek naar de effecten van Bengaalse hennep op het Noordelijk wortelknobbelaaltje (M. hapla) of het maïswortelknobbelaaltje (M. chitwoodi) is uitgevoerd.
Verder zijn er tot nu toe geen proeven te vinden waarin Bengaalse hennep onder het Midden-Europees klimaat geteeld is. Qua temperatuur zal dit wel mogelijk zijn omdat er een gemiddelde temperatuur van 8,4 oC nodig is om dit gewas te kunnen laten groeien. Daarnaast heeft Bengaalse hennep een bijzonder bodembacterie nodig om rhizobien te kunnen vormen. De desbetreffende bacterie is, zo ver bekend, niet in de Nederlandse bodem te vinden, maar kan eventueel in de vorm van bv. een zaadcoating toegevoegd worden.
Omdat de nematicide werking van Crotalaria-soorten vermoedelijk met een soort planteninhoudstof (pyrrolizidine alkaloïden, PA) te maken heeft, zal ook de mogelijkheid bestaan om andere planten, die dezelfde stof bevatten, voor de bestrijding van wortelknobbelaaltjes in te zetten. Dit kan verschillende voordelen opleveren. Zo zijn er een heleboel PA-bevattende planten bekend die qua oorsprong uit Midden-Europa komen. Deze zullen qua klimaat en bodem makkelijker ingezet kunnen worden dan Crotalaria-soorten.
Vervolg
Er zijn dus mogelijkheden om Crotalaria-soorten of vergelijkbare planten voor nematodenbestrijding in te zetten. Naar deze planten zal verder gezocht worden in het volgend jaar te starten PA-project 'waardplantgeschiktheid nieuwe groenbemesters'.