Brancheorganisatie Akkerbouw logo

Kennisakker.nl

Publicatie datum: 27-05-2011

Bodembiodiversiteit

Dit project beoogt een concrete bijdrage te leveren aan de kennis en tools voor akkerbouwers, gericht op bodembiodiversiteit als onderdeel van duurzame landbouw. Het project levert inzicht in bodemindicatoren en de gerelateerde maatregelen, zodat de bodemfuncties en basisbodemkwaliteit kan worden verbeterd. Een en ander wordt in een stappenplan gepresenteerd.

WAT IS BODEMBIODIVERSITEIT

In landbouwgrond komen allerlei organismen voor zoals regenwormen, springstaarten en schimmels, die met elkaar het bodemvoedselweb vormen. De grootste hoeveelheden (in kg) worden ingenomen door bacteriën, schimmels en regenwormen. Een divers en actief bodemleven zorgt voor de levering van nutriënten, een goede, kruimelige bodemstructuur, en wering van plantenziekten. Veel akkerbouwers en hun adviseurs zijn zich hiervan bewust, maar hebben nog onvoldoende handvatten om concreet met bodembiodiversiteit aan de slag te gaan. Doel van de poster ‘Benut de bodembiodiversiteit’ en deze webpagina is om praktijkrijpe kennis beschikbaar te stellen aan akkerbouwers.

Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping 2

5-STAPPENPLAN

Een werkdefinitie van biologische bodemkwaliteit is “voldoende organische stof en een optimaal bodemleven voor een duurzame en rendabele productie met zo weinig mogelijk middelen”. Veel telers hebben interesse in het verbeteren van het bodemleven, maar weten niet waar en hoe te beginnen. Dat is ook niet eenvoudig, want voor het verbeteren van de bodembiologie bestaat geen standaardrecept: het hangt af van kenmerken als grondsoort, vruchtwisseling en het type bedrijf, en van specifieke perceelskenmerken.

Het stappenplan is bedoeld voor ondernemers die niet alleen effecten willen zien van de maatregelen, maar ook bereid zijn zich in de materie te verdiepen. De bodembiologie staat niet voor niets bekend als een complex systeem en hiervoor geldt dat snelle successen niet altijd duurzaam zijn. Zo kan de aanwending van zeer grote hoeveelheden organische stof ongewenste bij-effecten hebben, zoals vastlegging van stikstof en/of eenzijdig stimuleren van het bodemleven. Het loont hoe dan ook de moeite om met maatregelen te experimenteren, daarvan te leren en zo nodig aanpassingen door te voeren.

Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping

BODEMFUNCTIES

Uitgaande van de chemische en fysische kenmerken van een perceel levert het bodemvoedselweb een grote bijdrage aan de bodemeigenschappen die voor de gewasproductie worden benut. Naast een geleidelijke levering van nutriënten (mineralisatie) bevordert het bodemleven de structuur en het reguleren van ziekte- en plagendruk. Hier zijn onder andere bacteriën en schimmels bij betrokken. Ook de waterhuishouding in de grond staat onder invloed van het bodemleven, vooral van regenwormen die de grond omwoelen, gangen maken en organisch materiaal in de bodem brengen. Regenwormen werken zich letterlijk door plantenresten en grond heen, en stimuleren daarmee de microbiële activiteit (door bacteriën en schimmels). Dit leidt tot omzettingen van gewasresten, mest en compost in goede grond en tot mineralisatie van nutriënten. Het is daarom belangrijk om te zorgen voor een divers en actief bodemleven. Een regelmatige aanvoer van organisch materiaal is hiervoor een belangrijke voorwaarde. Als er voldoende organische stof en bodemleven is, dan zijn er minder bestrijdingsmiddelen en kunstmest nodig om de gewasproductie op peil te houden.

Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping

MEETSET BODEMBIODIVERSITEIT

Er zijn veel indicatoren denkbaar om de bodembiodiversiteit te meten. In het bodembiologisch onderzoek van RIVM worden meer dan 50 bodembiologische indicatoren gemeten. Voor de landbouwpraktijk is een meetset van die omvang niet haalbaar: dat zou veel te kostbaar worden. De laatste jaren zijn diverse pogingen gedaan om een eenvoudige meetset bodembiodiversiteit voor de landbouw vast te stellen. Dit heeft eind 2013 geleid tot een selectie van indicatoren die daadwerkelijk in grondmonsters uit praktijkpercelen zijn gemeten. Ook is een eerste set van richtwaarden voor de interpretatie van deze indicatoren samengesteld.

Duidelijk is dat de meetset (indicatoren en richtwaarden) gezien moet worden als zijnde ‘in ontwikkeling’. Niettemin zijn onderzoekers en adviseurs het erover eens dat met een goede interpretatie van de resultaten, akkerbouwers stappen kunnen zetten voor de biologische bodemkwaliteit.

Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping

MAATREGELEN

Er zijn veel teelt- en bodemmaatregelen beschikbaar die gericht zijn op bevordering van het bodemleven. Voor een deel komen ze overeen met maatregelen die de laatste tien jaar al in het kader van bodemkwaliteit worden gepropageerd. Met de toegenomen kennis over bodemmanagement, en met de meetset bodembiodiversiteit als basis, is nu meer mogelijk. De maatregelen zijn onder te verdelen naar hun aanknopingspunten met 1) algemeen bodemmanagement, 2) bouwplan / vruchtwisseling, 3) bemesting en 4) bodembewerking. In elke fase van het jaar zijn andere maatregelen relevant.

Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping

EXPERIMENTEREN

Als men bekend is met de technische uitvoering van een maatregel en vertrouwen heeft in de resultaten, is het relatief eenvoudig om de maatregel door te voeren. Maar als het om een nieuwe maatregel gaat, vraagt de inpassing de nodige tijd en aandacht. Dan is het zinvol om eerst technische ervaring op te doen met een maatregel, voordat deze breed wordt toegepast. Als voorbeeld noemen we de maatregel ‘niet-kerende grondbewerking’, waarbij in plaats van de ploeg andere machines worden ingezet. Op één perceel hiermee beginnen kan een goede start zijn. Als een maatregel technisch bekend is, maar u twijfelt aan de effectiviteit ervan voor uw percelen, kan het helpen om zelf een kleine proef te doen. Dit vergt wel enige voorbereiding; uw adviseur kan hierbij ondersteuning bieden.


Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping

EVALUEREN

Een belangrijk doel van het monitoren van de bodemkwaliteit is om de bevestiging te krijgen dat de bodem in staat is om de gewenste productie te leveren. Dit is vooral nodig omdat veranderingen in de bodem vaak pas op langere termijn zichtbaar worden, bijvoorbeeld in lagere opbrengsten en/of bodemproblemen. Een andere reden om te monitoren kan zijn dat u de effecten van maatregelen wilt volgen in de tijd. Uitgangspunt bij monitoren is, dat u weet wat u wilt: wat wilt u precies monitoren, en waarom. Monitoren van de pH is bijvoorbeeld nuttig als u het bodemleven wilt versterken; deze bodemeigenschap is bovendien relatief eenvoudig bij te stellen met een bekalking of bemesting. Voor het bodemleven is verder het organische-stofgehalte in de bodem belangrijk. Veranderingen in het OS% verlopen traag; een duidelijk verloop van het organische-stofgehalte is pas in de loop van zo’n 5-10 jaar redelijk goed vast te stellen. Monitoren van het bodemleven zelf (bv. schimmels en bacteriën) is een goede optie, hoewel de uitkomsten mede bepaald worden door het weer.

Ga naar Hoe & Wat
Ga naar Tips voor het groeiseizoen
Ga naar Verdieping