Publicatie datum: 15-10-2003
Blijf discussies over blauw voor
Dit artikel gaat in op de blauwgevoeligheid van consumptieaardappelen, hoe dit kan worden vastgesteld in een partij en hoe snel dit kan worden vastgesteld.
Bij de beoordeling van blauw moet onderscheid worden gemaakt tussen een partij die blauwgevoelig is en een partij met onderhuidse beschadigingen en blauw. Heel belangrijk is om te weten hoe de afnemer beoordeelt.
De standaardmethode om de index voor blauw(gevoeligheid) en andere onderhuidse verkleuringen vast te stellen verloopt als volgt (Handboek Akkerbouw AGV, juni 1989):
- Een monstergrootte van minimaal 50 knollen, in de maat 50-60 mm;
- Elke knol wordt éénmaal voor blauw of onderhuidse verkleuringen geteld, waarbij de zwaarste afwijking doorslaggevend is. Zijn beide afwijkingen even zwaar aanwezig, dan wordt de knol ingedeeld bij onderhuidse verkleuring;
- De indeling van de knollen in de vier groepen volgens tabel 1 is voor beide afwijkingen gelijk. Bij de beoordeling wordt het hele knoloppervlak beoordeeld en een knol van de maat 50/60 heeft ongeveer een schiloppervlak van 100 cm2;
- De index wordt als volgt berekend: %(L+ 2M+ 3Z))/6.
Aanduiding blauw of onderhuidse verkleuring | % Afwijkend knoloppervlak |
geen | 0 * |
licht (L) | 0 * -2 |
matig (M) | 2 - 10 |
zwaar (Z) | meer dan 10 |
* : plekjes kleiner dan 2 mm worden buiten beschouwing gelaten.
Als de blauwgevoeligheid moet worden vastgesteld, wordt een monster eerst minimaal 24 uur bij 12 graden opgeslagen, vervolgens op een standaardwijze gedurende 30 seconden geschud op een blauwschudapparaat. Na 3 dagen bewaring bij 12 graden worden de knollen licht geschild (80-95% van de schil verwijderd) en vervolgens wordt de mate van blauwverkleuring (de index), die een maat is voor de blauwgevoeligheid, en het vóórkomen van onderhuidse verkleuringen vastgesteld.
Hoe snel aardappelen blauw worden is in 1990 op het ATO vastgesteld (Aardappelwereld, mei 1991). Toen bleek dat bij bewaring bij 12-14 graden de blauwindex tussen 48 en 72 uur bewaring nog flink toenam (van 3,0 naar 6,1, zie ook tabel 2).
Bepalingstijdstip | blauwindex |
0 (=start) | 0,5 |
na 6 uur | 1,5 |
na 9 uur | 2,3 |
na 12 uur | 1,6 |
na 24 uur | 2,7 |
na 36 uur | 3,5 |
na 48 uur | 3,0 |
na 72 uur | 6,1 |
Amerikaans onderzoek (Dwelle & Stallknecht, 1976) heeft aangetoond dat bij bewaring bij hoge temperatuur (30°C) het blauw worden duidelijk wordt versneld. Hierop is ook de zogenaamde Hot Box gebaseerd.