Brancheorganisatie Akkerbouw logo

Kennisakker.nl

Publicatie datum: 15-11-2003

Bewaring van cichoreiwortels

Dit artikel gaat in op de bewaring van cichoreiwortels.

Waar gaat dit artikel over?
Cichorei kan goed bewaard worden in onafgedekte hopen. De hopen moeten niet te hoog en te breed gemaakt worden, zodat de natuurlijke ventilatie zo groot mogelijk is. Afdekken is alleen noodzakelijk tijdens vorstperioden waarin de temperatuur in de kuil onder het vriespunt dreigt te komen.

Inhoudsopgave
1. Inleiding
2. Eigenschappen van het product
3. Bewaartemperatuur
4. Afdekken van cichoreihopen
5. In het veld laten staan
6. Bewaaradviezen

1. Inleiding

Elk jaar is het nodig dat een gedeelte van de cichorei-oogst bewaard wordt bij telers. De laatste cichorei kan namelijk pas in februari bij de fabriek geleverd worden. Veelal wordt in het veld de laatste cichorei eind november, begin december gerooid. Dit betekent dat er partijen cichorei zijn die zeven a acht weken opgeslagen moeten worden op het bedrijf van de teler. Tijdens deze bewaring treden er verliezen op aan wortelopbrengst en ook het inulinegehalte loopt terug. De mate waarin dit gebeurt, blijkt sterk te verschillen van partij tot partij en ook van jaar tot jaar. Het Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO) heeft de afgelopen jaren samen met Sensus Operations C.V. bewaaronderzoek uitgevoerd. Hierbij is gekeken naar mogelijkheden om de verliezen te beperken en de kwaliteit zoveel mogelijk op peil te houden. Gebleken is dat diverse aspecten een rol spelen.

[INVALID URL]


2. Eigenschappen van het product

Cichoreiwortels produceren in vergelijking met suikerbieten en aardappelen veel warmte. Dit betekent dat de temperatuur in afgedekte hopen met onvoldoende ventilatie erg snel kan oplopen. Bij hogere temperaturen nemen de ademhalingsverliezen sterk toe en ook de aanwezige ziekten, o.a. Sclerotinia, zullen zich versneld uitbreiden.
In tegenstelling tot bieten die bevroren zijn geweest, kunnen cichoreiwortels die bevroren zijn geweest nog wel verwerkt worden. Echter na bevriezing neemt de bewaarbaarheid van cichoreiwortels sterk af.
Voorwaarde voor een succesvolle bewaring is dat het product gezond is en daarnaast zo weinig mogelijk verontreinigd is met grond, onkruid, blad, gras, ed. Zieke wortels, met name ten gevolge van Sclerotinia, kunnen ernstige rottingshaarden in de hoop veroorzaken. Verontreinigingen belemmeren een goede ventilatie in de hoop. De cichoreiwortels moeten dan ook goed ontbladerd worden. Voor lange bewaring verdient het aanbeveling extra diep te ontbladeren (koppen). Te ondiep gekopte wortels lopen sneller uit, wat leidt tot extra verliezen.

[INVALID URL]


3. Bewaartemperatuur

Uit onderzoek dat de afgelopen jaren, zowel in kuilen als in koelcellen is uitgevoerd, blijkt dat cichorei bij voorkeur bewaard moet worden bij een temperatuur tussen 1 en ca 6 C. Bij hogere temperaturen nemen de bewaarverliezen snel toe. In hopen die vrij in de open lucht liggen, is de buitentemperatuur tijdens de bewaring dan ook sterk bepalend voor de hoogte van deze verliezen. In het onderzoek is gewerkt met hopen van ca. 45 ton cichorei, met een hoogte van 2 m en een breedte aan de voet van 4 à 5 m. In tabel 1 is te zien dat de verliezen enorm kunnen varieren.

Tabel 1: Bewaarverliezen in niet- afgedekte cichoreihopen; bewaring in de maanden december en januari

Bewaar-seizoen Lengte bewaar-periode Buitentemperatuur (gemiddelde dagtemperatuur) Temperatuur in de kuil Inulinegehalte (%) Verliezen* (%)
week
1+2
week
3+4
week
5+6
week
7+8
Minimum Maximum Bij begin bewaring Bij einde bewaring Wortel-gewicht Inuline-opbrengst Financiële opbrengst
1997/1998 7 weken 4,5 7,2 7,1 -0,2 -1,0 13,6 16,7 14,0 24 41 45
1998/1999 8 weken 1,2 6,2 7,4 4,8 1,3 11,9 15,3 14,5 2 8 11
1999/2000 7 weken 6,0 5,3 4,7 4,7 3,0 9,5 17,6 17,1 2 5 6
2000/2001 8 weken 10,4 1,4 4,2 0,2 0,2 11,6 16,7 16,6 11 11 12
2001/2002 8 weken 5,3 1,3 0,1 5,6 -1,0 11,8 15,9 14,6 -2 6 11
*: verliezen ontstaan zowel door rot als door daling van het inulinegehalte.

In de meeste jaren liggen de verliespercentages tussen 5 en ruim 10 %. Alleen in 1997/1998 lag het verlies op een erg hoog niveau, nl. ruim 40 % inulineverlies. In deze hoop is de temperatuur drie dagen onder het vriespunt geweest. Dit gebeurde reeds in de tweede week na het storten. Daarna volgden vier weken met hoge buitentemperaturen, waardoor de hoop niet voldoende af kon koelen. In 2001/2002 is ook de kuiltemperatuur in het begin van de bewaarperiode gedurende vier dagen onder het vriespunt geweest, maar dit leidde niet tot grote verliezen, omdat toen de buitentemperatuur de rest van de bewaarperiode op een laag niveau bleef. Ook in koelcellen is bevestigd dat wortels die bevroren zijn geweest en daarna bij hogere temperaturen (8°C) bewaard worden, hoge verliezen kunnen geven.

[INVALID URL]


4. Afdekken van cichoreihopen

Tijdens het onderzoek is geëxperimenteerd met het afdekken van hopen. Gebleken is dat permanente afdekking met stro en landbouwplastic niet interessant is. Vanwege de hoge warmteproductie moeten deze afgedekte kuilen mechanisch geventileerd worden. Het inulinegehalte in deze kuilen was wel hoger dan in de onafgedekte kuilen. Dit voordeel woog echter niet op tegen de extra kosten die gemaakt moeten worden. Uit het onderzoek komt naar voren dat de hopen alleen tijdens vorstperioden, waarin de kuiltemperatuur beneden het vriespunt dreigt te komen, afgedekt moeten worden, met name aan de voet van de hoop. Als er geen vorst in de kuil dreigt te komen, is het altijd voordeliger om de kuil onbedekt te laten, zodat de warmte weg kan. Tijdens lichte vorstperioden mag de temperatuur aan de buitenkant van de kuil enkele graden onder het vriespunt komen. Echter voorkomen moet worden dat dit dieper in de kuil (ca. 50 cm vanuit de rand) gebeurt, met name tijdens de eerste weken van de bewaring. In het onderzoek zijn ook hopen afgedekt met kunststofkleden die voorzien waren van een gazen opening van 2 m breed op de top van de hoop. De verliezen in deze hopen lagen op een vergelijkbaar niveau als van de onafgedekte hopen, mits de onderkanten van deze kleden opgerold werden tijdens perioden dat er geen vorst in de kuil dreigde.

[INVALID URL]


5. In het veld laten staan

In twee jaren is de vergelijking gemaakt tussen bewaren aan de hoop en in het veld laten staan van cichorei. Zowel in 2000/2001 als in 2001/2002 waren de inulineverliezen in het veld kleiner dan in de onafgedekte hoop (5% tegen 11%, resp. 2% tegen 6%). In inulinegehalte was er vrijwel geen verschil tussen ‘in het veld laten staan’ en ‘bewaring in onafgedekte hoop’. In beide jaren is de oogst eind januari handmatig uitgevoerd. De omstandigheden op het veld waren in beide jaren echter dusdanig dat verwacht mag worden dat machinale oogst veel grondtarra en verliezen gegeven zou hebben. Indien dit in rekening gebracht wordt, dan is bewaring in de kuil toch voordeliger. Zeker voor kleigronden is het dan ook niet aan te raden om de oogst uit te stellen tot na begin december. Op de zand- en dalgronden mag verwacht worden dat de rooi-omstandigheden langer goed blijven, zodat daar later oogsten overwogen kan worden.

[INVALID URL]


6. Bewaaradviezen

Cichorei kan goed bewaard worden in onafgedekte hopen. Afdekken is alleen gewenst indien de temperatuur in kuil onder het vriespunt dreigt te komen. Voor een goed bewaarresultaat zijn de volgende punten belangrijk:

  • De kwaliteit van de cichoreiwortels die bewaard moeten worden, moet goed zijn: geen zieke wortels (Sclerotinia), geen verontreinigingen (blad, grond, onkruid, etc.), goed gekopt (eventueel iets dieper) en zo weinig mogelijk beschadigd. Ten aanzien van Sclerotinia is het aan te raden om voor de oogst reeds het perceel te controleren en hiermee niet te wachten tot na de oogst.
  • Natuurlijke ventilatie moet zoveel mogelijk bevorderd worden: de hoop niet op een beschutte plek storten en niet te hoog en te breed maken. Een hoogte van 1,5 meter is beter dan 2,5 meter.
  • Tijdens vorstperioden moet de temperatuur in de cichoreihoop (ca. 50 cm uit de rand) altijd boven het vriespunt blijven. Het is daarvoor noodzakelijk om de weersverwachting (m.n. temperatuur en wind) in de gaten te houden en zo nodig de hoop tijdelijk af te dekken. Het is gewenst om de temperatuur in de kuil te meten. Met name wanneer de kuil onder koude omstandigheden is gestort, kan de temperatuur in de kuil in het begin snel onder het vriespunt komen.